Hout in rivierengebied

(test versie 1.1)

jaarringen
duurzaamheid
sterkte
kruip
knoesten
massa
werken, drogen en zagen
soortelijke warmte
brandbaar en bosbrand
brandstof
gezondheid
toepassingen houtsoorten
toepassingen van andere boomproducten
gebruik van bomen door dieren en planten
eigenschappen van houtsoorten (overzicht)

Hout

Hout is naast bloemen, vruchten, blad en schors een van de bruikbare producten van bomen. Omdat het gebruik van Europees hout al vele millennia oud is, zijn ondanks de vele soorten, bijna alle belangrijke gegevens van het product hout bekend en beschreven.
Over tropisch hardhout zijn de gegevens beperkter, daar omvat een houtnaam soms een hele groep van soorten b.v. meranti slaat op hout in de kwaliteitsklasse van ter vergelijking Europees hout, vuren tot eiken.
Hieronder enige eigenschappen en toepassingen van Europees hout dat in het rivierengebied voorkomt.

Jaarringen

Jaarringen:
Een boom groeit aan de buitenkant in een laag, het cambium, die tussen de buitenste houtlaag, het spinthout en de bast zit. Ieder jaar ontstaat er zo een zichtbare jaarring met daarin een donkere en een lichte ring. De licht gekleurde ring is het voorjaarshout met veel vaten voor water transport, de donkere ring is het zomerhout met minder vaten en daardoor sterker hout. De dikte en de verhouding tussen de vaten is afhankelijk van de groeiomstandigheden en dus gedeeltelijk van het weer. Dit kan bij voldoende jaarringen ( een groot genoeg aantal stuks) gebruikt worden om te bepalen wanneer de boom groeide en dus hoe oud een stuk hout is.

dwars doorsnede acacia lagen vanaf de kern naar buiten:
Kernhout het als hout bruikbare deel voor planken en balken.
Spinthout de levende laag voor water transport naar boven
Cambium de groeilaag, vormt binnen spint en buiten bast
Bast de levende laag voor voedseltransport naar beneden
Schors De beschermlaag van de boom bruikbaar als b.v. padverharding of bij kurkeik als grondstof voor kurken.

kern acacia Kernhout:
Het kernhout is het binnenste deel, dit is het deel dat de boom sterk maakt en dit is ook het enige deel waar planken en balken van gemaakt kunnen worden. De meer naar buiten liggende delen hebben geen sterkte en ook geen duurzaamheid.
spint acacia Spinthout:
Het spinthout is onderdeel van het 'levende' deel van de boom, dat het water naar boven voert. Na een tijd sterft het binnendeel van het spinthout af en wordt onderdeel van de kern. In het voorjaar bevat het spinthout veel vaten en is lichter gekleurd en in de zomer wanneer er minder water transport is en dus daarvoor minder vaten nodig zijn, ontstaat het sterker en donkerder gekleurde zomerhout.
Cambium :
Het cambium is de groeilaag, dit is het deel waar de boom groeit. Het cambium maakt aan de binnenkant de buitenkant van nieuw spinthout aan en aan de buitenkant van het cambium wordt de nieuwe bast gevormd. Dit is een continu proces dat gedurende de hele actieve periode doorgaat.
bast acacia Bast:
De bast is een dunne laag aan de buitenkant van het cambium onder de schors en zorgt voor het voedseltransport (naar beneden) van de bladeren naar de wortels.
lenticel Lenticel 'bastporie kurkporie':
Dit is een soort huidmondje in de bast van stam en takken die gebruikt worden voor gasuitwisseling tussen het levende deel van een boom of plant en de buitenwereld. Ook sommige vruchten als b.v. appel hebben deze cellen. De cellen zijn vaak gevuld met een kurk-of wasachtige stof en liggen uiteidelijk iets boven de omliggende bast. Ze kunnen in alle richtingen liggen en een maximale maat van ca 10 mm bereiken.
schors acacia Schors:
De schors is een afgestorven en verkurkte bastlaag die dient ter bescherming van de boom tegen invloeden van buitenaf. De schors kan bij naaldbomen harsblazen bevatten, de hars dient om beschadigingen af te sluiten en zo de bast te beschermen.
Mergstralen:
Naast de ringen zijn er ook nog hout- of mergstralen deze zijn als kleine lijntjes te zien en lopen van binnen naar buiten. Soms over de hele lengte, soms ook niet in de kern maar later beginnend. Dit zijn de resten van vaten die in het spinthout voor dwarstransport van water zorgden.

Duurzaamheid

Duurzaamheid:
Niet al het hout is bij gebruik even goed bestendig tegen de buitenomstandigheden van vocht, zomer en vorst e.d. Sommige soorten hout rotten veel sneller weg dan andere. Dit is te zien bij afgebroken takken en stammen in het bos, beukenhout is zo weg, terwijl eikenhout er wel eeuwig lijkt te blijven liggen. Het verhaal dat het evenlang duurt eer een boom is opgevreten door schimmels als hij geleefd heeft is dan ook niet echt waar dit is meer een 'gemiddelde'.

stronk voorbeeld duurzaamheid tabel (I is het beste):
I komt hier niet voor.
II ceder, eiken, robinia
III buxus, douglas
IV vuren, grenen
V beuken, berken, linden

Omdat de soorten van europees hout goed gedefinieërd zijn, zijn de waarden daarvoor redelijk betrouwbaar. Voor tropisch hout is dit anders, daar omvat een soort soms een hele familie Meranti valt b.v. in klasse II tot IV.
Meting duurzaamheid gebeurt door paaltjes in gecontroleerde omstandigheden aan belasting bloot te stellen en dan te kijken hoeveel hout er wegrot (% gewichtverlies).

I 0-1%
II 1-5%
III 5-10%
IV 10-30%
V 30% en hoger

In de praktijk geeft dit de levensduur voor in de grond geslagen onbehandelde paaltjes.

I meer dan 25 jaar
II 25-15 jaar
III 15-10 jaar
IV 10-5 jaar
V minder dan 5 jaar

De levensduur van b.v geschilderde kozijnen kan veel langer zijn omdat er ten eerste geen grondcontact is en daardoor ook minder schimmelaantasting en ten tweede de verfbehandeling ook bescherming geeft.

Sterkte

Sterkte :
Niet alle bomen zijn even sterk b.v. beukenhout is veel sterker dan vurenhout. Als richtlijn mag worden aangehouden hoe sneller ze groeien hoe slapper ze zijn. Deze vergelijking gaat echter wat mank omdat de grondsoort en de omstandigheden waaronder ze groeien niet altijd gelijk zijn. Maar gemiddeld genomen is een snelle groeier minder sterk dan een langzame.

Buigsterkte :
Dit is de sterkte als een materiaal op buigen wordt belast, voor hout is een brug een voorbeeld waar de buigsterkte belangrijk is, is de buigsterkte te gering zal de brug doorbreken bij belasting. Ook voor b.v bezemstelen, hamerstelen en stelling planken, is een hoge buigsterkte belangrijk. Omdat bij het maken van vlechtwerk een hoge buigsterkte nadelig is, dit maakt het vlechten moeilijker, zal men dan voor b.v. wilgenhout kiezen.
Hoe hoger het getal hoe beter het hout bestand is tegen buigen.
Houten brug bij kasteel Soelen buigsterkte N/mm2 :
wilg 59
vuren 69
eiken95
buxus 108
beuken 125

Druksterkte :
Dit is de sterkte als een materiaal op indrukken wordt belast, voor b.v. een parket vloer is een hoge druksterkte belangrijk anders ontstaan er makkelijk deuken in de vloer en bij een te zacht tafelblad zullen er snel krassen omtstaan.
Hoe hoger het getal hoe sterker het hout bestand is tegen indrukken.
Eiken parket vloer druksterkte N/mm2 :
wilg 26
beuken 58
eiken59
buxus 71

Kruip

De sterkte en zijn redelijk laag gewicht maakt van hout een goed bouw product. Hout heeft echter het nadeel dat het onder een constante belasting blijvend zal vervormen krombuigen dus. Bij berekening van bouwconstructies zal men hiermee altijd rekening moeten houden. In de praktijk betekent dit dat een constante belasting twee keer zo zwaar telt als een variabele belasting.

Knoesten

knoest Sommige bomen hebben knoesten soms wel vanaf de kern. Knoesten zijn zijtakken van de boom die zijn ingegroeid in het kernhout. Knoesten zijn soms helemaal verhard tot een donkere staf in het hout, soms zelf helemaal loszittend. De loszittende knoesten vallen soms zelfs uit de planken. Knoesten maken, zeker als ze loszitten het hout minder sterk en kunnen ook voor het gebruik soms lastig zijn, want wie wil nu een kast met een gat er in? Eikenhout zonder knoesten is b.v ook veel duurder dan met veel knoesten en zeker dan eikenhout met loszittende knoesten. De houthandel heeft dit heel mooi opgelost het slechte hout noemen ze rustiek, lijkt het toch nog wat.

Massa

knoest Ook qua massa is er een groot verschil tussen de diverse houtsoorten en ook tussen de bomen onderling. Het vochtgehalte van het hout heeft ook een grote invloed op zijn massa normaal wordt droog hout gemeten bij een vochtgehalte van 12% water. Het natte gewicht wordt gemeten bij vers hout. Zoals uit de onderstaande tabel blijkt kan niet alleen tropisch hardhout maar zelfs Europees naaldhout kan zinken ( massa > 1000 kg/m3).

 nat kg/m3droog kg/m3
pokhout 1400 - 15001150 - 1350
wengé 1100 - 1200750 - 1000
haagbeuken 860 - 1200550 - 850
eiken 900 - 1200500 - 970
vuren 530 - 1100300 - 620

Vochtgehalte

Vers hout is nat en bevat veel water, voor de meeste toepassingen is droger hout nodig. Voor waterwerken kan het hout nog erg nat zijn winddroog 21% - 30% voldoet hier meestal. Bij buiten gebruik kan meestal ook redelijk nat hout worden gebruikt al moet men hier uitkijken dat bij b.v. schuttingen het hout in droge jaargetijden niet te veel krimpt, zodat er spleten ontstaan. Voor droog buiten gebruik onder afdak moet het hout meestal luchtdroog zijn, 16% - 18% vochtgehalte, maar in onverwarmde ruimte kan het soms gewenst zijn om nog iets droger hout te gebruiken=14% - 16%. In verwarmde ruimte is hout gebruik vaak een probleem, het vochtgehalte van de ruimte varieërt heel erg, afhankelijk van buitentemperatuur, binnentemperatuur en ventilatiegraad. Het gewenste vochtgehalte van hout zou in de loop van het jaar tussen de 12% - 20% moeten zijn. Dit is natuurlijk nooit te bereiken aangezien men hout maar op een vochtgehalte kan afleveren. Om deze redenen worden b.v. houten vloeren (echt parket) ook altijd met een ruimte van 1 cm van de wand gelegd, strak tegen de wand leggen van een droge vloer zal in een natte tijd zorgen dat de vloer opbolt en tot 1 meter van de grond komt.

Werken en drogen

Vers hout bevat veel water en voor de meeste toepassingen en zeker voor binnen toepassingen moet het eerst gedroogd worden. Tijdens dit drogen krimpt het hout. Het drogen gebeurt eerst aan de buitenkant, de krimp dus ook, zonder speciale maatregelen zal het hout dan ook radiale scheuren (van uit de kern naar buiten) vormen. Door de scheuren is het hout dan voor de meeste toepassingen onbruikbaar, wie wil er nu b.v. een stoel met een scheur in de leuning. Om dit scheuren te voorkomen wordt een boom eerst in planken gezaagd van ruim de gewenste dikte. Deze overmaat is nodig omdat het hout krimpt en omdat er meestal nog een nabewerking nodig is, als b.v. schaven. De planken die wel meer dan 10 cm dik kunnen zijn worden op latjes gestapeld om te drogen. Vroeger werd een plank voor iedere duim dik een jaar gedroogd en daarna een jaar in het water gelegd enz. Door dit droog en nat jaar worden de sappen van de boom uitgespoeld en en het spoelwater weer verdampt. Nadat ze door dit procedé gedroogd zijn werden ze in een droogkamer met verwarming en ventilatie gelegd om het laatste water te verdampen. Dit oude procedé gaf hout wat goed bruikbaar was omdat het nog maar weinig werkte, helaas is dit proces door de lange, benodigde tijd qua werk en opslag erg tijdrovend en dus duur.
Om hout regelmatiger te laten drogen en scheuren in de kop te voorkomen wordt ook wel een waslaag op de koppen gesmeerd, hierdoor hebben planken soms een gekleurde kop, dit is geen merkteken voor het hout maar alleen een hulpmiddel voor het drogen dat in verschillende kleuren voorkomt. In de houthandel herkent men echt wel de houtsoort.
Tegenwoordig wordt er minder tijd voor het drogen genomen, wat goedkoper hout oplevert maar dat meer werkt, soms is er zo kort gedroogd dat een kozijnbalk nog uitloopt. Zelfs goed gedroogd hout werkt onder invloed van vocht en dit werken is niet in alle richtingen gelijk, in de dikte en lengte is de werking verschillend en ook de richting t.o.v de kern maakt uit, ook dichter bij de kern zal anders werken dan meer naar buiten. In de lengte van het hout zal het meer werken onder invloed van vocht dan in de radiale richting (breedte). Naast de invloed van vocht heeft ook de temperatuur invloed, indien de temperatuur stijgt zal het hout langer en dikker worden. Voor hout is dit echter een zeer kleine invloed en in de praktijk hoeft men hier in tegenstelling tot b.v kunststof geen rekening mee te houden.
Van de werking van hout kan ook gebruik worden gemaakt. Vroeger werden er gedroogde houten pennen gebruikt om schoenzolen vast te zetten, door vocht van binnen en buiten werden ze dikker en daardoor zaten ze muurvast.
zagen


Daarom wordt hout voor nauwkeurige toepassingen anders gezaagd dan standaard planken. Kwartiers gezaagd levert hout dat wel kleiner en groter wordt maar recht blijft, dosse gezaagd hout wordt naast kleiner en groter ook nog eens krom.
zagenDosse gezaagd hout wordt naast kleiner en groter ook nog eens krom
zagenAndere zaag profielen.
De grootste werking in hout onder invloed van vocht vindt plaats tijdens het drogen van vers hout, dit kan meer dan 10% zijn. Deze grote krimp verklaart ook waarom een stapel vers kachelhout altijd inzakt en vaak instabiel wordt.

Soortelijke warmte

temperatuur verloop De soortelijke warmte (energie nodig om 1 kg 10 celcius op te warmen) voor hout is redelijk groot maar door zijn geringe massa t.o.v. steenachtige producten is een houten huis eerder opgewarmd dan een stenen en daardoor eerder aangenaam. De energie inhoud van een houten wand is echter ook minder dan die van een stenen, dus na uitschakelen van de verwarming is het in een houten huis weer eerder afgekoeld.
Door de moderne isolatie systemen is dit overigens goed aan te passen en een houten huis te bouwen dat snel opwarmt en langzaam afkoelt.

Brandbaar

brand Bomen en ook hout, zijn brandbaar, maar wat iederen met een openhaard weet, niet erg makkelijk in de brand te krijgen, maar als bomen eenmaal branden gaan ze door en ontstaat er een grote open plek waar vroeger bos was. Alles is dan verbrand inclusief de onder begroeing. De mineralen blijven echter beschikbaar voor de volgende generatie. Daarom kan het bos zich na de brand weer verjongen. Wanneer er geen mensen in bosgebieden zouden wonen is bosbrand ook helemaal niet erg. Mensen en gebouwen in bossen maken bosbranden echter gevaarlijk en nadelig voor de mensen niet voor het bos.

Bij houten balken in gebouwen is het echter andersom, ja ze branden maar met een bepaalde snelheid van ca. 1 duim per uur en ze waarschuwen voordat ze instorten. Brand technisch gedragen ze zich veel beter dan b.v. stalen balken die zonder enige waarschuwing ineens instorten of beton wat zonder waarschuwing explodeert.
Iedere brandweerman heeft bij een brand, ondanks dat houten balken brandbaar zijn, liever houten balken dan stalen H balken. Bij brand wil je graag vooraf weten wat er gaat gebeuren en niet bijvoorbeeld ineens het dak op je hoofd krijgen.
Door de redelijk zware Nederlandse bouwnormen is een balk altijd zo zwaar uitgevoerd dat deze meestal zonder probleem meer dan de helft van zijn maat kan verliezen zonder door te zakken of breken.

Brandstof

houtstapel Doordat hout brandbaar is, is het ook geschikt als brandstof. Hout wordt al duizenden jaren gebruikt als brandstof voor verwarming en bereiding van voedsel. Er wordt zelfs beweerd dat de mens zich door gekookt voedsel kon ontwikkelen tot het huidige niveau, door gekookt voedsel kon de kaak kleiner worden en zo meer ruimte geven voor de hersenen.
Droog hout als brandstof geeft per 3 kilogram ongeveer evenveel energie als 1 m3 aardgas, 1 m3 eikenhout (ca 1000 kg) geeft dus ongeveer evenveel warmte als 300 m3 aardgas.

Electrische weerstand

isolator Hout heeft een electrische weerstand die sterk afhankelijk is van het vochtgehalte. Heel droog hout is zo goed als een isolator terwijl nat hout een geleider is. In de praktijk betekent dit dat u als u op een droge houten vloer staat en een 230 V schok krijgt u dit makkelijk overleeft, terwijl u op een natte houten vloer Petrus gedag kunt zeggen.
Wegens dit geleidingsvermogen van nat hout worden weidepalen ook altijd voorzien van isolatoren voor de schrikdraad bevestiging. Bij houten vloeren op beton in huis kunnen ook veiliger geaarde wandcontactdozen gebruikt worden met een aardlekschakelaar.

Gezondheid

Van verschillende bomen zijn bladeren, schors of bessen giftig. Ook kan stof ontstaan bij houtbewerking schadelijk zijn. Bij houtbewerking is het risico van bewerken van hardhout zo wie zo groter omdat het fijnere stof van die soorten verder in de longen dringt. Van sommige boomonderdelen b.v. taxus bladeren worden medicijnen gemaakt, ook de wilgbast bevat (wel is waar niet zoveel) medicijn n.l. salicylzuur (werkzame stof uit aspirine). Vlier bevat b.v. cyaanverbindingen in onrijpe bessen. Planten gebruiken vaak gif ter bescherming, bomen zijn hierop geen uitzondering.

Toepassingen van hout


Toepassingen :
Bijna alle houtsoorten zijn wel bruikbaar voor een of andere toepassing. De bekendste zijn hout voor planken, balken, meubels, brandhout, e.d. maar daarnaast zijn er ook nog specifieke toepassingen voor bepaalde houtsoorten wegens een of meerdere eigenschappen van dat hout.

Hieronder wat toepassingen van hout voorkomend in het rivierengebied.

Appel
malus:
Appelhout wordt door de laagstam boomgaarden niet zoveel meer gebruikt maar vroeger werd het gebruikt voor betimmeringen, snijwerk, knoppen, grepen e.d.
 
Berken
betula:
berken Berkenhout, een weinig duurzame toepassing, maar wel mooi licht gekleurd hout, is alleen bruikbaar voor binnen toepassingen, wordt gebruikt voor triplex, betimmeringen, sportartikelen, huishoudelijke voorwerpen e.d.
 
Beuken
fagus sylvatica:
beuken Omdat beukenhout kleur en smaakloos is en geen reactie geeft met voedingsstoffen, werd het vroeger gebruikt voor snijplanken. Beukenhout is ook het best te buigen hout wat het erg geschikt maakt voor trapleuningen, gebogen meubelonderdelen e.d. Op dit gebied zijn de stoelen van Thonet en Weense meubelen, met de gebogen poten en leuningen heel bekend. Ondanks dat beukenhout zwaar en sterk is, is het absoluut niet geschikt voor buiten gebruik, het rot weg waar je bij staat. Beuken hout is een van de meer gevoelige hout soorten voor aantasting door houtworm.
 
Buxus
buxus sempervirens:
buxus Ondanks dat de buxus meestal een klein struikje is zijn er toch toepassingen voor het hout, waarvan de meest bekendste wel is houten timmermans duimstokken (de in vieren opklapbare van 1 meter). Daarnaast wordt het hout gebruikt voor schaakfiguren, gereedschapsheften, blaasinstrumenten, weefspoelen e.d.. In de Katholieke kerk is buxus, daar palmhout genoemd, gerelateerd aan palm pasen, de as voor aswoensdag (woensdag na carnaval) voor het jaar daarop wordt van die op palmzondag gebruikte palm takjes gemaakt. Uit de wortelknollen worden pijpekoppen gemaakt.
 
Ceder
cedrus:
ceder Ceder is een duurzame weinig werkende houtsoort die lekker ruikt. Daarom worden er naast betimmeringen, meubels en beeldhouwwerken ook sigarenkisten van gemaakt.
 
Cipres
chamaecyparis:
Hout van de cipresbomen is een hoogwaardige houtsoort die eigelijk alleen maar veel wordt gebruikt in dure meubelen. In de antieke wereld werd het ook gebruikt voor de fabricage van zeeschepen. De etherische olie wordt o.a. gebruikt in parfum en wegens deze olie werden er vroeger ook anti motten kleerkisten van gemaakt. De cipres boom komt al voor in de Griekse mythologie.
 
Den grove
pinus sylvestris:
grenen Grenen (grove den) werd in de steenkoolmijnen gebruikt als mijnhout om het plafond te ondersteunen. Mijnhout moet sterk, buigzaam zijn en de mijnwerkers waarschuwen voordat het doorbreekt.
Grenen is ook erg geschikt voor kozijnen, meubels en dingen die wat meer sterkte en duurzaamheid nodig hebben dan met vuren (spar) is te bereiken.
 
Den
pinus:
Van andere dennen dan de grove den wordt het hout gebruikt voor ongeveer dezelfde toepassing als vuren (spar) . De kwaliteit is echter wat minder dan vurenhout en niet geschikt voor trappen, kozijnen e.d. Doordat het geen hars bevat en reukloos is wordt het wel gebruikt voor triplex, emballage en kaasplanken.
 
Douglas/oregon
pseudotsuga menziesii:
douglas In de hoogstam boomgaarden van de Betuwe werden vroeger eendelige ladders gebruikt tot 10 meter lang (40 sporters). De bomen hiervoor werden uit een stam douglas gehaald die hiervoor in de lengterichting werd doorgezaagd. Aan deze ladders waren ook de sporten bijzonder dat waren iedere keer 3 ronde en 1 rechthoekige sport o.a gemaakt van robinia (acacia).
Tegenwoordig wordt het veel als timmerhout voor binnen en buiten gebruikt, qua duurzaamheid ligt het tussen grenen en eiken, werking is matig, bewerken, lijmen en schroeven gaat goed. Verven kan wel een moelijk zijn
 
eik
quercus:
eiken Eiken is een duurzame sterke houtsoort die men eigenlijk bijna overal tegenkomt. Het wordt gebruikt in waterwerken, industrie, huizen, meubels, mijnen, bruggen, schepen, vaten en nog vele andere toepassingen, het is bij wijze van spreken makkelijker te zeggen waar eiken niet gebruikt wordt. Voor de meeste mensen is de toepassing in meubels, vloeren en wijnvaten echter de bekendste.
Het beste hout komt van de wintereik, quercus petraea:, deze komt echter in Nederland het minste voor. Ca. 5% van de Nederlandse eiken is wintereik en 95% zomereik. Aangezien zomereiken meer eikels geven dan wintereiken had men vroeger een voorkeur voor zomereiken. De eikels werden n.l. als varkensvoer gebruikt. Daarnaast heeft de zomereik minder problemen als hij regelmatig met zijn voeten in het water staat zoals hier in het rivierengebied vroeger veel voorkwam.
Als houtproducent geeft de wintereik beter, rechter hout met minder knoesten, maar voor een groot aantal toepassingen voldoet de zomereik echter ook prima. Naast Europees eiken wordt er als hout ook Amerikaans eiken, quercus rubra en quercus alba, gebruikt.
Het Europees eiken is makkelijk te herkennen aan de z.g. spiegels in het gezaagde hout. Spiegels zijn kleine bijna vierkante vlakjes in de draad van het kwartiers gezaagde hout of rechthoekige vlakjes tot strepen in anders gezaagd hout.
 
Esdoorn
acer:
Esdoorn of maple wordt gebruikt voor meubels en parket, al is deze vloer niet erg drukvast 46 N/mm2, zeker niet geschikt voor naaldhakken.
 
Els
alnus:
Elzenhout is een weinig duurzame houtsoort maar wel redelijk sterk en met een rechte draad daarom erg geschikt voor bezemstelen en draaiwerk. Maar door de klasse V duurzaamheid alleen voor binnengebruik.
 
Es
fraxinus:
Door zijn taaiheid en sterkte is essenhout zeer geschikt voor rekstokken en turnbruggen, maar ook als stelen voor hamers, bijlen, hooivorken e.d.
 
Ginkgo
biloba:
Het hout van de ginkgo is erg breekbaar en daardoor alleen maar geschikt als brandhout.
 
Haagbeuken
carpinus betulus:
Haagbeuken hout is sterk, taai en splintert niet maar is helaas niet duurzaam. Het hout is bij uitstek geschikt voor technische industrie er worden b.v. beitel heften van gemaakt. Door zijn fijne nerf wordt er moeilijk vocht door het hout opgenomen, dit maakt het hout erg geschikt om slagers hakblokken van te maken.
 
Hemlock
tsuga:
Hemlock hout wordt door het ontbreken van hars gebruikt in sauna betimmering. Daarnaast wordt het ook voor allerlei binnenbetimmering gebruikt.
 
Iepen
ulmus:
Vroeger werd Iepenhout voor wielnaven, velgen en stuurwielen gebruikt. Tegenwoordig wordt het nog gebruikt voor meubelen en fineer.
 
Kersen
prunus avium:
Kersenhout is door zijn mooie kleur en draad zeer geschikt voor meubels, zowel massief als in de vorm van fineer.
 
Lariks
larix decidua:
Larikshout is een sterke duurzame naaldhoutsoort en daardoor geschikt voor allerlei zwaardere houtconstructies. Door zijn mooi uiterlijk is larikshout ook heel geschikt voor meubels.
 
Linden
tilia vulgaris:
Lindenhout is geschikt voor toepassingen als beeldhouwwerken, lijstwerk, keukengerei e.d. doordat het weinig wordt aangeleverd kom je het echter niet vaak tegen.
 
Noten
juglans regia:
walnoot Naast toepassingen in de meubel- en autoindustrie wordt het ook gebruikt voor muziekinstrumenten , knoppen, grepen, geweerkolven e.d.
 
Plataan
platanus:
walnoot Voor Platanenhout gelden ongeveer dezelfde toepassingen als voor beuken
.
 
Populier
populus:
Naast een aantal van de toepassingen zoals van Wilg als klompen, manden wordt het ook gebruikt voor kisten, pallets e.d. Ook kan Populierenhout goed gebruikt worden voor de fabrikage van papier en karton.
 
Robinia (acacia)
robinia pseudoacacia:
acacia Als een van de duurzaamste Europese houtsoorten zijn er veel toepassingen in b.v. carrosserie- en wagenbouw, laddersporten, afrasterpalen e.d., het aanbod van dit hout is echter zeer gering en vaak heeft de boom maar een geringe takvrije stam omdat Robinia zich vaak al dicht bij de grond vertakt.
 
Spar
picea abies
vuren Vuren hout is het meest gebruikte naaldhout in Nederland het is makkelijk te bewerken en is relatief goedkoop. De variatie in kwaliteit is bij vuren groot hetgeen van invloed is op de toepassingen de betere kwaliteiten hebben een wat hogere toepassing. Het meeste vuren hout wordt gebruikt in dragende constructies als daken, vloeren, heipalen, wanden e.d. Voor timmerwerk deuren, trappen, kasten, e.d. Als toepassing voor de mindere kwaliteiten moet men denken aan kisten boompalen, hekpalen, spaanplaat, krantenpapier enz. Het allerbeste vurenhout kan worden gebruikt voor muziekinstrumenten.
Vurenhout is van de fijnspar maar andere sparren soorten kunnen vergelijkbaar hout leveren.
 
Taxus
taxus baccata
Ook Taxus is een houtsoort met weinig aanvoer maar het is heel geschikt om luxe voorwerpen te maken vroeger werd het ook gebruikt voor schuttersbogen.
 
Vlier
sambucus nigra:
Zelfs het hout van de Vlier werd vroeger gebruikt, omdat het niet splintert worden er kleine gebruiksvoorwerpen als b.v.fluiten van gemaakt.
 
Wilg
salix:
wilg Wilgenhout heeft ondanks dat het niet sterk, zacht en weinig duurzaam hout is (klasse V buigsterkte 59 N/mm2 druksterkte 26 N/mm2) nog heel veel toepassingen zoals klompen, gereedschapstelen, manden, onderdelen rieten daken, zinkstukken waterwerken, cricket bats, e.d.

Toepassingen van boomproducten

 
Bloemen kastanje Sommige bomen geven ook bloemen dusdanig mooi dat ze in huis in vazen terecht komen. In Neerijnen staan nog steeds de knotkastanjes van barones van Pallandt, waar ze in het voorjaar de bloemtakken liet knippen voor in haar kasteel en die werden uitgedeeld onder de notabelen van het dorp. Meer bekend zijn tegenwoordig de wilgenkatjes en bloesemtakken van fruitbomen.
 
chips
pellets
zaagsel
zaagsel Dit zijn secundaire houtproducten die van nieuw of resthout gemaakt kunnen worden voor verdere verwerking. Deze kunnen b.v. als brandstof worden verstookt in een hout c.v. of energie centrale. Ook kan hiervan b.v. spaanplaat worden gemaakt of complete producten als spaanplaat pallets.
 
Chemikalien eik Uit bomen worden ook chemicalien gehaald denk hierbij b.v. aan run vroeger gebruikt om leer te looien. Wijn wordt bewaard in eiken vaten wegens de smaak invloed van het eiken op de wijn
 
Geneesmiddelen taxus Sommige bomen produceren ook grondstof voor geneesmiddelen, uit taxus wordt b.v. een kanker geneesmiddel gehaald en wilg bevat, weliswaar een zeer lage dosis, koortsbestrijder salicylzuur.
 
Harshars Hars is een vloeistof die sommige boomsoorten maken ter bescherming van hun levende binnenste deel bij beschadiging van de bast. Het kan beschermen tegen water en tegen dieren. Het zijn vooral de groenblijvende naaldbomen die veel hars produceren. Hars is in alcohol oplosbaar, een andere boomvloeistof gom is in water oplosbaar. Gom producerende bomen komen in ons gebied niet voor. Hars zorgt er ook voor dat naaldhout niet geschikt is voor de open haard. Indien hout met veel hars wordt aangestoken zal de hars in het hout gaan verdampen en uiteindelijk een kleine explosie veroorzaken als het uit het hout barst en verbrandt.
Hars wordt o.a. gebruikt door violisten om de snaren van de strijkstok ruwer te maken. Hars wordt ook gebruikt voor de productie van terpentijn de natuurlijke terpentine of white spirit. Vroeger werd hars ook gebruikt als afdichtmiddel voor b.v. vloeistofvaten, boten en als lijm of kleefstof. Fossiele hars is dusdanig verhard dat het een doorzichtige steen is geworden (barnsteen). Dit barnsteen, dat vanaf 250 miljoen jaar oud is, bevat soms complete insecten.
 
Schorshars Schors is de beschermingslaag van de boom die blootstaat aan weer en wind, schors is dus goed bestand tegen water en rot niet snel weg. Dit maakt schors goed geschikt voor natte toepassingen.
Schors van de kurkeik wordt gebruikt om natuurlijke kurken te maken en schors van andere bomen kan gebruikt worden om tuin en park paden op natuurlijke wijze te verharden ,
 
 
Vruchten beukennoot Bomen geven ook veel soorten door mens of dier eetbare vruchten. Voorbeelden appels, peren, diverse soorten noten, diverse soortensteenvruchten, vlierbessen, mispels en natuurlijk eikels als varkensvoer.
  • appels
  • abrikozen
  • beukennoten
  • eikels
  • hazelnoten
  • kersen
  • kroosjes
  • mispels
  • peren
  • perziken
  • pruimen
  • tamme kastanjes
  • vlierbessen
  • walnoten
 

Gebruik van bomen door dieren en planten

 
Insecten hars Insecten gebruiken bomen op verschillende wijze, ze eten het, leggen eieren er in, vangen andere insecten die ze opeten, ook gebruiken ze de boom als bescherming of woning. Elzenhaantjes eten het blad van de els en kleven hun eieren onder aan het blad. Ook zijn er insecten die op dood hout leven zoals bepaalde droogborende houtwormen en boktorren. Dit zijn de beestjes die b.v. zorgen voor de gaatjes in houten constructies als dakspanten, oude en antieke meubels. De droogborende houtwormen en boktorren leven alleen in droog dood hout, dus in gebruiksvoorwerpen. Ze hebben over het algemeen een voorkeur voor stilstaande niet gebruikte houten voorwerpen. Droogboorders werden vroeger bestreden door petroleum in al de gaatjes te spuiten tegenwoordig worden ze bestreden met co2 of Permetrin. Naast de droogboorders zijn er ook natboorders die in levend of nog in het bos staand nat hout leven.
 
Planten eikvaren Planten kunnen bomen gebruiken als standplaats. Sommige knotwilgen lijken wel een volkstuintje zoveel planten groeien er op. De planten die op een boom groeien hebben echter vaak maar weinig grond en water, daardoor zijn ze vaak klein qua afmeting. In de tropen op hele hoge bomen is dit vaak anders, daar hebben de gasten uit regen soms meer water en voedingsstoffen dan de gastheer met capillaire werking kan aanvoeren voor zijn eigen takken en bladeren.
 
Reptielen
amfibieën
heidekikker Reptielen en amfibieën gebruiken bomen eigelijk alleen maar om eten op te zoeken en in gaten van rotte bomen bescherming te vinden. Kikkers zitten vaak in gaten tussen de wortels van rottende bomen en hagedissen zitten in de zon op de schors te wachten op insecten als eten.
 
Slakken naakt slak Slakken lopen over boomstammen op zoek naar eten dat zich toevallig op de boom bevindt.
 
Schimmels en paddenstoelen * De relatie tussen bomen en schimmels en paddenstoelen is eigenlijk de meest complexe van alle.
  • paddenstoel of schimmel leeft op een boom en gebruikt hem eigenlijk alleen als woonplaats zonder hem te benadelen.
  • paddenstoel of schimmel gebruikt de boom maar geeft er ook wat voor terug.
  • paddenstoel of schimmel misbruikt de boom die daar uiteindelijk aan zal bezwijken.
  • paddenstoel of schimmel leeft op een dode boom en zal deze uiteindelijk opruimen.
Maar het eindverhaal is dat alle bomen uiteindelijk door schimmels en paddenstoelen worden opgeruimd, alle mineralen komen uiteindelijk weer terug in de grond en komen beschikbaar voor de opvolgers. de koolstof komt in de vorm van kooldioxide weer in de atmosfeer waar hij in eerste instantie ook door de boom is uitgehaald. Het enige nadeel voor ons mensen is dat er door de komst van schimmels en paddenstoelen al miljoenen jaren geen steenkool meer wordt gevormd.
 
Vogels specht Vogels gebruiken bomen als bron van voedsel en als nest gelegenheid. Spechten gaan zelfs heel ver hierin, ze hakken hun nest uit in de boom en hakken in de boom om insecten te vangen. Andere vogelsoorten gaan hierin minder ver ze bouwen hun nest tussen de takken zonder de boom te beschadigen. Overigens hebben de meeste vogels niet de voorkeur voor bomen om te nestelen maar voorkeur voor struiken, schuren of rechtstreeks op het land of water.
 
Zoogdieren ree Zoogdieren gebruiken bomen als voedsel en om onder te schuilen tegen regen maar vooral tegen de zon. Reeën kunnen een plaag zijn voor fruittelers omdat ze in de winter de bast van de bomen opeten, die daardoor dood gaan. Beheerders van natuurgebieden maken van dat gedrag juist gebruik en laten koeien in de winter boomopslag opeten. Bomen geven zoogdieren ook bescherming tegen de hete zon, op hete dagen, midden op de dag liggen ze vaak onder bomen in de schaduw. Zelfs vee zoals koeien en schapen hebben nog steeds dit gedrag.
 
top

Eigenschappen

hout massa nat kg/m3 massa droog kg/m3 duurzaamheid buigsterkte N/mm2 druksterkte N/mm2

© - webdesign MakingThePages b.v.